De vernieuwde Arbowet 2017

Op 24 januari van dit jaar is de vernieuwde Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) door de Eerste Kamer aangenomen. De nieuwe wet heeft een overgangsperiode van 1 jaar. Dat betekent dat voor 1 juli 2018 alle zaken geregeld moeten zijn.

Wij zetten de belangrijkste wijzigingen voor u op een rij. Deze hebben met name te maken met de rol en taken van de bedrijfsarts en de preventiemedewerker.

  1. Open Spreekuur bedrijfsarts

Iedere werknemer heeft het recht op directe toegang tot de bedrijfsarts van de arbodienst via het open spreekuur, ook wel het arbeidsomstandigheden spreekuur genoemd. Dit geldt ook als hij (of zij) nog niet verzuimt, noch klachten heeft, maar een gezondheidsvraag heeft met betrekking tot zijn werk.

Toestemming van de werkgever is niet nodig. De bedrijfsarts en/of arbodienst heeft bovendien geen informatieplicht naar de werkgever.

De kosten van dit open spreekuur zijn voor rekening van de werkgever.

  1. Second Opinion

Medewerkers hebben het recht op een second opinion van een andere bedrijfsarts bij de ziekteverzuimbegeleiding, het Periodiek Arbeidsgezondheidskundig Onderzoek (PAGO), de keuring bij aanstelling en het gezondheidskundig consult. Anders dan bij het deskundigenoordeel van het UWV kan het verzoek om een second opinion alleen van de werknemer komen.

Bedrijfsartsen moeten zo’n verzoek honoreren, tenzij er zwaarwegende argumenten zijn om dit niet te doen. Het begrip ‘zwaarwegende argumenten’ is en zal niet nader gespecificeerd worden. Alleen een andere bedrijfsarts of arbodienst kunnen het verzoek om een second opinion uitvoeren. Zijn er geen zwaarwegende argumenten en werkt de bedrijfsarts niet mee aan het mogelijk maken van een second opinion, dan kan hij daarvoor een boete krijgen.

De kosten voor het uitvoeren van een second opinion komen voor rekening van de werkgever.

De precieze uitvoering van de second opinion, zoals het verschil met het Deskundigenoordeel van het UWV, wordt nog nader gedefinieerd in een Koninklijk Besluit van de Minister. Wij komen hierop terug zodra hier meer bekend over is.

  1. Vrije toegang van de bedrijfsarts tot de werkvloer

De bedrijfsarts moet iedere werkplek kunnen bezoeken. In het kader van ‘organisatiebreed adviseren’ vindt de overheid het nodig, dat de bedrijfsarts meer op de werkvloer aanwezig is, zodat hij ervaart wat er plaatsvindt en advies kan uitbrengen ter preventie van klachten en/of uitval.

  1. Duidelijker rol van de preventie medewerker

Elk bedrijf moet ten minste 1 preventiemedewerker aanwijzen. Wie dat wordt en hoe zijn of haar rol wordt ingevuld, bepaalt de werkgever met de instemming van de OR en/of personeelsvertegenwoordiging. In de nieuwe wet moeten met instemming van de werknemersvertegenwoordiging zowel de persoon als zijn rol als preventiemedewerker worden vastgesteld.

De preventiemedewerker heeft 3 wettelijke taken:

  • het (mede) opstellen c.q. uitvoeren van een Risico-Inventarisatie en- Evaluatie (RI&E)
  • het adviseren en samenwerken met de OR en/of werknemersvertegenwoordiging en de arbodienstverleners (waaronder de bedrijfsarts) inzake maatregelen voor een goed arbeidsomstandighedenbeleid. Wordt er niet meegewerkt aan een goede samenwerking met en advisering aan de preventiemedewerker, dan volgt een boete
  • deze maatregelen (mede) uitvoeren.
  1. Overleg arbodeskundigen met werknemersvertegenwoordiging

De bedrijfsarts en andere arbodeskundigen hebben het recht om overleg te voeren met de werknemersvertegenwoordiging. Dit verhoogt de betrokkenheid van de arbodeskundigen bij het ondernemingsbeleid voor een gezonde en veilige werkomgeving.

  1. Verplichte klachtenprocedure

Iedere bedrijfsarts c.q. arbodienst moet een klachtenprocedure hebben. Deze procedure moeten bij alle werknemers bekend zijn. De bedrijfsarts of arbodienst kan een boete krijgen wanneer er geen klachtenprocedure beschikbaar is.

In deze procedure staat aangeven hoe het traject van de klachtenbehandeling verloopt.

Basiscontract arbodienstverlening

Elk bedrijf moet een basiscontract arbodienstverlening hebben. Hierin staan afspraken over de afgesproken dienstverlening. Er staat in ieder geval in vermeld:

  • dat de bedrijfsarts toegang heeft tot iedere werkplek
  • hoe de arbodienstverlener of bedrijfsarts zijn wettelijke taken uitvoert
  • hoe de toegang tot de bedrijfsarts is geregeld
  • hoe het overleg tussen bedrijfsarts en preventiemedewerker is geregeld
  • hoe het overleg tussen bedrijfsarts en werknemersvertegenwoordiging is geregeld
  • hoe werknemers van het recht op een second opinion kunnen gebruikmaken
  • hoe de bedrijfsarts omgaat met het melden van beroepsziekten
  • hoe de klachtenprocedure werkt.
  1. Toezicht en handhaving Arbowet 2017

De Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) krijgt door deze nieuwe wetgeving meer mogelijkheden om werkgevers, arbodiensten en bedrijfsartsen sancties op te leggen bij het niet naleven van de regelgeving en het basiscontract.

  1. Ingang nieuwe wet en overgangsperiode

De vernieuwde Arbeidsomstandighedenwet gaat in op 1 juli 2017. Werkgevers en arbodiensten hebben 1 jaar de tijd om bestaande contracten aan te passen aan de nieuwe wetgeving.

Wilt u meer weten wat het basiscontract arbodienstverlening precies inhoudt? Bekijk dan de factsheet (klik hier) of animatie (klik hier) over het basiscontract van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Arbo Triple One helpt u met de nieuwe wijzigingen

Arbo Triple One volgt de ontwikkelingen met betrekking tot de nieuwe Arbeidsomstandigheden op de voet. De contracten van onze klanten komen nu al op veel punten overeen met de nieuwe wetgeving. Zo is de klachtenprocedure van Arbo Triple One beschikbaar op haar website.

Daar waar nodig zal Arbo Triple One haar klanten voorzien van een voorstel voor een addendum, waardoor het contract voldoet aan de vereisten van het basiscontract.

Mochten er naar aanleiding van deze nieuwsbrief vragen ontstaan, stuur deze dan naar info@arbotripleone.nl. Wij komen zo spoedig mogelijk met een antwoord.